Wat is de belangrijkste regel in tafeltennis?

door Joost Nusselder | Geupdate op:  11 januari 2023

Ik schrijf deze artikelen met veel plezier voor mijn lezers, jullie. Ik accepteer geen betaling voor het schrijven van reviews, mijn mening over producten is die van mijzelf, maar als je mijn aanbevelingen nuttig vindt en je uiteindelijk iets koopt via een van de links kan ik daar mogelijk een commissie over ontvangen. Meer informatie

Iedere sport, of ieder spel, kent regels. Dat geldt dus ook voor tafeltennis. En wat is nu eigenlijk de belangrijkste regel in tafeltennis?

De belangrijkste regels in tafeltennis gaan over de opslag. De bal moet vanuit de open hand worden opgeslagen en minstens 16 cm de lucht in zijn geweest. Daarna slaat de speler de bal met het batje via de eigen tafelhelft over het net op de speelhelft van de tegenstander.

In dit artikel vertel ik je over een aantal belangrijke elementen en regels van tafeltennis, zoals die vandaag de dag gelden. Ook zal ik je wat beter uitleggen hoe het zit met de belangrijkste regel in tafeltennis; de opslag dus.

Wat is de belangrijkste regel in tafeltennis?

Tafeltennis, ook wel ping pong genoemd, speel je met een tafel, net, balletje en minimaal twee spelers met ieder een batje.

Als je een officiële wedstrijd wil spelen, moet het materiaal aan bepaalde voorschriften voldoen.

Dan zijn er ook nog regels van de sport zelf: hoe speel je het spel, en hoe zit het met de puntentelling? Wanneer heb je gewonnen (of verloren)?

Een zekere Emma Barker uit London zette in 1890 de spelregels van deze sport op papier. Over de jaren zijn de regels hier en daar aangepast.

Wat is het doel van tafeltennis?

Allereerst; wat is nu precies het doel van tafeltennis? Tafeltennis speel je met twee (een tegen een) of vier spelers (twee tegen twee).

Iedere speler of ieder team heeft een tafelhelft. Beide helften worden gescheiden door middel van een net.

Het doel van het spel is om het pingpongballetje door middel van een batje over het net op de tafelhelft van je tegenstander te slaan.

Dit doe je op een manier dat jouw tegenstander de bal niet meer of niet meer correct op jouw tafelhelft kan terugslaan.

Met ‘correct’ bedoel ik dat het balletje na een keer stuiten op de eigen tafelhelft direct op de andere tafelhelft – dus die van je tegenstander – terecht komt.

De puntentelling bij tafeltennis

Om te begrijpen of je een potje tafeltennis aan het winnen of verliezen bent, is het natuurlijk belangrijk om de puntentelling te begrijpen.

  • Je krijgt een punt als jouw tegenstander de bal verkeerd opslaat of anders verkeerd terugslaat
  • Degene die als eerst 3 games wint, heeft gewonnen
  • Ieder spel gaat tot 11 punten

Met het winnen van 1 game ben je er nog niet.

De meeste wedstrijden gaan via het principe ‘best of five’ waarbij je drie wedstrijden moet winnen (van de vijf) om de wedstrijd definitief te winnen van je tegenstander.

Je hebt ook nog het ‘best of seven principe’, waarbij je vier van de zeven games moet winnen om als uiteindelijke winnaar te worden verkozen.

Om een wedstrijd te winnen, moeten er echter wel minimaal twee punten verschil zijn. 11-10 winnen kan dus niet, 12-10 wel.

Aan het eind van elke game wisselen de spelers van speelhelft, waarbij de spelers naar de andere kant van de tafel verhuizen.

En in het geval er een beslissende game wordt gespeeld, zoals de vijfde game van vijf games, dan wordt ook van tafelhelft gewisseld.

De belangrijkste regels bij de opslag

Net als bij andere sporten, zoals bijvoorbeeld voetbal, begint ook een potje tafeltennis met een ‘coin toss’.

Door het opgooien van een munt wordt bepaald wie er mag beginnen met opslaan of serveren.

Degene die opslaat, moet het balletje vanuit de open, vlakke hand op z’n minst 16 cm recht omhoog houden of gooien. Vervolgens slaat de speler de bal met het batje via de eigen tafelhelft over het net op de speelhelft van de tegenstander.

Hierbij mag je de bal geen draaiing meegeven en de hand met daarin de bal mag zich niet onder de speeltafel bevinden.

Daarnaast mag je je tegenstander het zicht op de bal niet ontnemen en moet hij/zij de opslag dus goed kunnen zien. Ook mag de bal het net niet raken.

Gebeurt dat wel, dan moet de opslag opnieuw gebeuren. Dit wordt ‘let’ genoemd, net zoals bij tennis.

Met een goede opslag kun je al gelijk een voorsprong op je tegenstander krijgen:

Het verschil met tennis is dat je geen tweede kans krijgt. Als je de bal in het net of via het net over de tafel slaat, gaat het punt meteen naar je tegenstander.

Na twee geserveerde punten wisselen de spelers steeds van opslag.

Wordt er een stand van 10-10 bereikt, dan wordt vanaf dat moment na elk gespeeld punt van service (opslag) gewisseld.

Dat betekent dus een opslag per persoon, per keer.

Een scheidsrechter kan een opslag afkeuren, of bij een verkeerde opslag ervoor kiezen een punt aan de tegenstander te geven.

Lees hier trouwens of je het tafeltennis batje met twee handen mag vasthouden (of niet?)

Hoe zit het met de terugslag?

Als de service goed is, dient de tegenstander de bal terug te slaan.

Bij het terugslaan van de bal mag deze niet meer de eigen tafelhelft raken, maar dient de tegenstander deze direct op de tafelhelft van de serveerder terug te slaan.

In dit geval mag dat wel via het net.

Regels bij dubbelspel

Bij dubbelspel, waarbij er twee tegen twee wordt gespeeld in plaats van een tegen een, zijn de regels wat anders.

Bij de opslag moet de bal eerst op de rechterhelft van de eigen speelhelft terechtkomen en vanuit daar diagonaal op de rechter speelhelft van je tegenstanders.

Verder slaan de spelers om de beurt. Dit betekent dat je dus altijd de bal van dezelfde tegenstander terugslaat.

De volgorde van speler en ontvanger wordt vanaf het begin vastgelegd.

Wanneer er twee keer is geserveerd, zullen de spelers van het team van plaats wisselen, zodat bij de volgende servicebeurt de medespeler de serveerder wordt.

Na iedere game wisselen serveerder en ontvanger, zodat de serveerder nu op de andere tegenspeler serveert.

Wat zijn overige regels?

Tafeltennis heeft nog een aantal andere regels. Hieronder lees je welke dat zijn.

  • Het punt wordt overgespeeld als het spel wordt verstoord
  • Raakt een speler met zijn/haar hand de tafel of het net, dan verliest hij/zij het punt
  • Als de game na 10 minuten nog niet bepaald is, gaan spelers om en om serveren
  • Het batje moet rood en zwart zijn

Zou het spel buiten de schuld van de spelers worden verstoord, dan moet het punt worden overgespeeld.

Als daarnaast een speler tijdens een spel met zijn hand de tafel of het net raakt, verliest hij meteen het punt.

Om wedstrijden niet te lang te laten duren, is er bij officiële wedstrijden de regel dat als een game na 10 minuten nog geen winnaar kent (tenzij beide spelers al op z’n minst 9 punten hebben gescoord), de spelers om en om serveren.

De ontvangende speler wint direct het punt als hij het voor elkaar krijgt om de bal dertien keer te retourneren.

Verder zijn spelers verplicht om met een batje te spelen dat rood rubber aan de ene kant heeft en zwart rubber aan de andere kant.

Vind hier alle spullen en tips voor jouw racketsport op een rijtje

Joost Nusselder, de oprichter van scheidsrechters.eu is een content marketer, vader en houdt van het schrijven over allerlei sporten, en heeft zelf het grootste deel van zijn leven ook flink gesport. Nu maakt hij sinds 2016 samen met zijn team hulpvaardige blog artikelen om trouwe lezers te helpen bij hun sportactiviteiten.